De burqa is een symbool voor onderdrukking van de vrouw.
Achter de kassa zat een meisje met
een hoofddoek.
De tante keek ernaar, boog zich naar het meisje en sprak de onvergetelijke woorden: ‘Kind – dat hóeft hier toch niet?’
Je zou denken dat die opmerking een majeur inzicht was voor dat meisje.
Dat ze zou opspringen, de hoofddoek van haar hoofd rukken en jubelen dat ze dat ding inderdaad nooit meer zou dragen. Dat gebeurde natuurlijk niet. Het meisje zal wel beledigd zijn geweest dat haar geloof zo te schande werd gemaakt.
Die tante dacht – en ik denk dat eigenlijk ook – dat die mensen uit strenge islamitische landen hierheen zijn gekomen juist om dat
islamitische juk van zich te werpen. Om te kunnen dragen en te doen en te zeggen wat ze willen.
In plaats daarvan hebben ze al
die rare gewoontes meegenomen. Omdat wij allemaal als de dood zijn die mensen te beledigen, laten we ze gewoon rondlopen zoals ze willen.
Mijn zoontje van toen 12 werd ooit aangehouden door een agent omdat hij een
bivakmuts droeg.
Maar de geheel in zwarte doeken gewikkelde, onzichtbare gestalte die aan de overkant voorbij schoof, kreeg niets te horen.
Als verklaring komt er dan een ingewikkeld verhaal waarin parallellen worden getrokken met de verzuiling van de vorige eeuw, waardoor het juist mogelijk was dat diverse bevolkingsgroepen zich emancipeerden.
Dat zal allemaal best, maar de katholieken of de gereformeerden hebben er nooit zo raar en eng uitgezien als een Jemenitische met een burqa aan. En als die vrouwen dan zo nodig heel erg gelovig werden, werden ze non en trokken zich terug in een klooster.
Of de mensen zeggen: acht, wat geeft het, het zijn er maar een paar. Daar gaat het niet om. Elke burqa in de beschaafde wereld is er één teveel.
Zo bang is de Franse president
Nicolas Sarkozy niet. En gelijk heeft hij. Volgens hem is de burqa een wandelende gevangenis, een symbool van de
onderdrukking van de vrouw. Daarom wil Sarkozy het dragen van het gewaad verbieden.
Dat zal wel weer een enorme juridische heisa geven, maar wat goed dat hij dat gewoon zegt.
Ik las een keer het verslag van een Europese vrouw die zo’n ding had aangetrokken en dat was
geen feest.
Je kunt geen kant op, je handen moet je gebruiken om de plooien van het vormloze gewaad bij elkaar te houden, je ziet praktisch niks door dat bespottelijke gaasje, en zo strompel je dan maar wat over straat.
Als er een opperwezen bestaat dat zoiets wil, dan is het niet een erg vriendelijk opperwezen.
Dat je met een hoofddoek op gaat lopen is één ding. Maar dat je je zo moet verbergen, alleen omdat je een vrouw bent, dat is vreselijk en vernederend.
Een tribale gewoonte van nomaden, die bij lange afwezigheid wilden dat hun vrouwen kuis en trouw waren. Eigenlijk een soort kuisheidsgordel, maar die hebben we hier al enige eeuwen geleden afgeschaft.
Zouden er werkelijk veel vrouwen zijn die uit eigen vrije wil kiezen voor zo’n onfatsoenlijk kledingstuk in plaats van voor een spijkerbroek? Daar geloof ik helemaal niets van.
Die vrouwen zijn uiteindelijk hier gekomen om vrij te zijn. Des te beledigender dat ze ook hier weer in die wandelende gevangenis moeten zitten.
Extremistische groeperingen als
de Taliban, die zich bepaald niet onderscheiden door hun liefde voor cultuur of voor vooruitgang en alleen maar bezig lijken met onderdrukking, geweld en achterlijkheid, dwingen hun vrouwen zulke idiote gewaden aan te trekken.
Die vrouwen mogen sowieso niks: niet werken, niet naar school.
Dat ze dat in hun eigen landen doen is al erg genoeg. Maar dat ze de kans krijgen dat te doen in de beschaafde wereld, waar onze prettige manier van leven alleen maar is te danken aan het streven naar vooruitgang en verbetering, dat is een schande.
Het zou mooi zijn als andere landen het voorbeeld van Frankrijk volgden, waar staat en kerk streng zijn gescheiden. Dat maakt de zaken wel zo duidelijk.
Dus die burqa trek je lekker aan als je dat zo graag wilt – maar alleen in je eigen huis.
Liesbeth Wytzes