U dat de streek La Champagne heet en de schuimwijn zelf Le Champagne.
Een fles champagne bevat ongeveer 250 miljoen bubbels (en dit volgens Bruno Dutertre, een onderzoeker van Moët & Chandon)! Volgens een Amerikaans onderzoek zouden dit er echter slechts 49 miljoen zijn (dit is gehypothetiseerd door de wetenschapper Bill Lembeck.)
De gemiddelde grootte (lees inhoud) van de Champagne belletjes is ongeveer 69 miljoenste van een milliliter. De 'koolzuur' CO2 belletjes die voor ons zichtbaar zijn in het glas, zijn samengestelde belletjes uit deze kleinere belletjes.
Bij een kwalitatief goede Champagne moeten de belletjes zeer fijn zijn.
De druk in een Champagnefles is gelijk aan de druk van een band van een dubbeldekkerbus (ongeveer drie keer zo groot als die van een autoband).
Champagne in een Magnum fles is van hogere kwaliteit. Dit omwille van het feit dat de gistingsrestanten (na de tweede gisting) makkelijker te verwijderen zijn uit de fles. De vorm van de magnum fles is hier de oorzaak van. Men oppert dat deze Champagne tot 5% zuiverder kan zijn dan deze in een gewone fles.
De langste afstand dat een Champagnekurk ooit gevlogen heeft is 55 meter! Professor Emeritus Heinrich (medicus verbonden aan Woodbury Vineyard Winery in Chatauqua County in de staat New York) heeft dit vastgelegd op 5 juni 1988.
De tong en het slijmvlies worden geprikkeld door champagnebelletjes (CO2). Deze prikkel wordt verder waargenomen door de drielingzenuw (of 'Nervus Trigeminus'). Deze prikkeling wekt de productie van het gelukshormoon endorfine (= een natuurlijke variant van morfine) op. Hierdoor voelen we ons opgewekt en tevreden.
Het was Dom Pérignon die de kurk en het metalen kooitje voor de fles uitgevonden heeft.
Voordat men schuimwijnen als aperitief dronk was het een gewoonte champagne bij het dessert te drinken. De reden was dat vroeger de smaak van Champagne veel zoeter was.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten