Schoenmode is een verschijnsel dat al bijna 1000 jaar oud is. Voor die tijd werd schoeisel eigenlijk alleen gedragen om de voeten te beschermen. De eerste echte Europese modeschoen is waarschijnlijk de puntige snavelschoen, die rond 1200 door de Kruisvaarders werd "meegebracht" van hun reizen naar het Heilige Land.
Vrouwenschoen met gouddraad geborduurd. De banden werden met een gesp gesloten, Europa 1730-1740, collectie Nederlands Leder en Schoenenmuseum, Waalwijk.
In de periode 15.000 - 12.000 voor Christus werden schoenen voornamelijk gemaakt en gedragen om de voeten te beschermen tegen de kou.
Huiden van gedode dieren werden met vuurstenen schrabbers schoongemaakt en ingewreven met vet of rode oker, waardoor de harde huid soepel werd. Van deze huiden werden niet alleen schoenen, maar ook kleren gemaakt. In die tijd kon je niet kiezen welke schoenen je graag wilde, iedereen bond met een riempje een lapje leer rond zijn of haar voeten en dat was dan de nieuwe schoen. Het maken van een laars was veel moeilijker. Die moesten met een doorn en een draad van zenuwen of gedraaide darmen in elkaar gezet worden.
.
.
Nu lees je nog enkel over schoenen die gegooid worden naar 'sprekers', over modellen die weigeren nog schoenen te dragen op de catwalk...
Wie zegt nog "er zit een steentje in mijn schoen"?
Nemand want een zandkorrel in een condoom heeft het steentje in de schoen verdreven.
1 opmerking:
Stel er zit een steentje in mijn condoom en een zandkorrel in mijn schoen, wat moet ik dan doen?
Serge.
Een reactie posten