Het natuurfenomeen doet zich bijna elk voorjaar voor, maar dit jaar gaat het toch wel om een hevige vorm. Boosdoener is het ééncellige fytoplankton dat ook wel de 'plaagalg' genoemd wordt. Die wordt omgeven door een gelatineachtig slijm dat bestaat uit eiwitten. Wanneer de algen is het voorjaar afsterven, komen die eiwitten vrij. Door de branding worden ze dan opgeklopt tot het karakteristieke voorjaarsschuim.
'De hoeveelheid hangt af van de temperatuur van het water', zegt kustmorfoloog Philip Konings. 'En dit jaar is er uitzonderlijk veel zeeschuim. Dat komt vooral doordat de zee de laatste dagen erg woelig geweest is, door een strakke noordoostenwind.'
Het zeeschuim mengt zich met slib en dat vormt een viezige pasta. Het slib waait ook op en blijft plakken aan schoenen, boten en aan auto's die op de dijk geparkeerd staan. Het zeeschuim droogt zeer snel op en vormt groenachtige vlekken op het koetswerk. Zo snel mogelijk afwassen is de boodschap, want het schuim bevat veel zout. De bloei van de algen duurt doorgaans een tweetal weken.